Dodaars

Ik ben vandaag aan het werk in Veenendaal. Als ik rond drieën klaar ben, besluit ik zo’n 15 km verder te rijden, naar Rhenen. Daar is natuurgebied De Blauwe Kamer en daar hoor ik vaak mooie verhalen over.

En inderdaad: een erg mooi gebied om in rond te struinen. Ik kom een man tegen die daar hetzelfde doet als ik en vraag hem of ie al wat moois heeft gezien. Hij blijkt hier vaker te komen en vertelt met duidelijk veel genoegen dat ie hier nog nooit zo veel lepelaars heeft gezien.

Als ik in de prachtig gelegen vogelkijkhut aankom, stel ik vast dat hij helemaal gelijk heeft. Zo veel lepelaars zie je niet gauw in Nederland. Ze bevinden zich tussen even zo grote aantallen aalscholvers en grauwe ganzen.

Maar juist die grote aantallen staan me dan weer een beetje tegen. Gelukkig zie ik ook een eenling en dan ook nog zo’n mooie: de dodaars. Zoveel schoonheid die moet wel deel uitmaken van de futenfamilie.

En dan was er eigenlijk ook nog die andere schoonheid. Zo gewoon, maar zo fraai poserend: de huismus. Ik moet hem laten zien….

Ik ga even op een bankje zitten om te genieten van het uitzicht over de uiterwaarden van de Nederrijn bij Rhenen. En dan gaat zo’n huismus recht voor je neus zitten. Dan geniet ik maar van dit uitzicht.